Gisteren, vrijdag 23 augustus, was het weer tijd voor de
jaarlijkse koers de Dutch Food Valley Classic. Een wedstrijd die vroeger door
het leven ging als Veenendaal - Veenendaal. Met winnaars als Tom Boonen maar
ook Joop Zoetemelk. Dit jaar was het echter nog lang onzeker of de koers wel
doorgang zou vinden. Op het laatste moment trokken zich sponsoren nog terug.
Maar samen met burgemeester Kolff van Veenendaal ging de organisatie op zoek
naar investeerders. En vorige week kwam dan eindelijk het hoge woord eruit; de
wedstrijd zou door gaan. En het werd gelijk ook een bijzondere.
Want niemand minder dan Thijs Zonneveld was aangesteld
als technisch directeur van deze koers. Jarenlang had hij regelmatig kritiek op
het wielrennen maar ook op deze koers. Zo zou de wedstrijd te voorspelbaar
zijn. Er ontsnapte een groepje en die werden dan vlak voor de finish weer bij
gehaald om een massasprint te krijgen. Daar wilde Zonneveld verandering in
zien. De Dutch Food Valley Classic (wellicht die naam vervangen?) ging met hem de uitdaging aan en gaf hem de
volledige vrijheid (zover mogelijk natuurlijk) om zijn ideeën uit te voeren.
Er waren gisteren ook drie, voor het publiek zichtbare,
aanpassingen in de koers. Zo mocht iedere ploeg die deelnam maar met maximaal
zes renners starten. Dit tot ongenoegen van diverse ploegen. Maar Zonneveld
wilde de controle die ploegen vaak hebben tijdens een koers hierdoor weg nemen
en er een attractieve wedstrijd van maken. En het moet gezegd worden dat
ondanks een massaspurt, hij daar in geslaagd is. Er waren veel aanvallen in de
wedstrijd, de koplopers kregen niet veel ruimte van het peloton en er werd
daarom ook gruwelijk hard gereden. Zo hard zelfs dat men sneller reed dan het
snelste schema wat de organisatie had opgesteld.
De tweede opmerkelijke aanpassing was de route van het
parcours. Waar deze vroeger wel eens een beklimming had, zat deze editie er vol
mee. Weliswaar geen hele hoge beklimmingen maar toch genoeg om de koers hard te
maken. Zo werd er zes keer de Emma Piramide opgereden en werd de finish, die
lag tussen Veenendaal en Rhenen, ook vier keer aangedaan. Ook daar ging een
klein klimmetje telkens aan vooraf. Dit moest ook de voorspelbaarheid uit de
koers halen. Toch zorgde dit experiment er niet voor dat het ook gebeurde. Het werd
uiteindelijk toch een massasprint.
En de derde, meest innovatieve verandering, waren de
camera’s in de koers op de fietsen van de renners. Dit gebeurde voor het eerst
in de wereld tijdens een wedstrijd van de UCI. Tijdens de televisie uitzending
op RTL 7 kon het publiek ook voor het eerst de beelden zien. Het zag er nog
allemaal wel wat minder uit qua kwaliteit van het beeld maar het is zeker iets
wat we in de toekomst vaker zullen zien. En hopelijk ook live want dan is dit
echt iets dat iets toevoegt aan de wielersport die momenteel veel klappen moet
incasseren.
Maar er waren niet alleen positieve punten aan deze
editie. Zo ontbraken de echt grote ploegen, en daarmee ook grote renners, aan
deze koers. Slechts vier World Tour ploegen waren present in Veenendaal;
Belkin, Argos – Shimano, Vacansoleil en het Italiaanse Cannondale. Eerst zou
Lotto – Belisol, met daarbij Greipel, aan de start verschijnen. Deze ploeg liet
uiteindelijk toch verstek gaan omdat er maar met zes renners gestart mocht
worden en Greipel dat niet wilde met aanstaande zondag de Vattenfall Classic in
het vooruitzicht. Daardoor kon het publiek in Veenendaal zich niet vergapen aan
deze ras sprinter maar ook andere bekende renners.
En ook gaf het publiek aan dat zij het ergens wel jammer
vonden dat de finish uit het centrum werd gehaald. Ze vonden het ergens wel
logisch want zo werd de koers spannender en leuker, maar in het centrum daar
leeft het toch het meeste was het idee dat enkele toeschouwers hadden.
![]() |
Ploegwagen van de latere winnaar Viviani |
En de koers zelf dan? Je zou bijna vergeten dat er ook
nog gereden werd. In het begin sloop een groepje van zes renners weg, alleen
kwamen zij niet weg. Niet gek veel later kon een groep van 14 man wel weg
komen. Deze hielden het vol tot ruim tien kilometer voor het einde van de
wedstrijd. Onder aanvoering van Cannondale (dat de gehele dag de wedstrijd al
gecontroleerd had), Vacansoleil en Accent werd de sprint aangetrokken. Kenny van
Hummel kwam te vroeg op kop te zitten waardoor hij alsnog werd voorbij gereden
door twee Italianen. Van die twee Italianen was Elia Viviani van Cannondale de
sterkste. Hij versloeg Napolitano die tweede werd. Van Hummel werd, licht
teleurgesteld, derde in de 28e editie van de Dutch Food Valley
Classic.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten